Heb jij je kindje al gevoelt? De meeste vrouwen voelen hun baby voor het eerst bewegen tussen week 18 en week 20. Maak je echter vooral geen zorgen als je nog niks hebt gevoeld, je moet gewoon nog heel eventjes geduld hebben.

Je kindje is in week 19 van de zwangerschap ongeveer 20 centimeter groot, ongeveer net zo groot als een banaan. Vanaf week 16 beginnen alle foetussen zich op hun eigen tempo te ontwikkelen, het kan dus zo zijn dat jouw kindje iets groter of juist iets kleiner is. Dit zegt nog helemaal niks over hoe lang jouw kind uiteindelijk zal worden.

19 weken zwanger

Wat gebeurt er met de baby in week 19 van de zwangerschap

Weet je nog dat het hoofdje van jouw kindje een paar weken geleden nog enorm groot was ten opzichte van het lichaampje? Inmiddels hebben de armpjes en beentjes ook een enorme groeispurt doorgemaakt waardoor het lichaam nu de verhoudingen aanneemt van een echt mensje. Ook wordt het kraakbeen dat tot nu toe het skelet vormde, vervangen door echt bot.

Niet alleen het lichaampje groeit hard, weet je nog dat je  kindje een paar weken geleden een soort donsachtige haartjes kreeg op zijn huid? Deze vallen uit en er begint nu wat steviger haar te groeien, vooral boven op het hoofd en op de wenkbrauwen. Je kindje begint dus steeds meer op een echte baby te lijken!

Wat gebeurt er met jou in week 19 van de zwangerschap

Heb je al last van enorme vreetbuien? Het kan zijn dat je hier in het eerste trimester al lichtelijk last van had, voor de meeste vrouwen worden de vreetbuien in het tweede trimester echter nog vele malen erger. Of je nou verlangt naar chocola, ijs of augurken, probeer de drang om de voorraadkast thuis te plunderen de baas te blijven.

Het kan zijn dat je pijn in je onderrug of zij voelt, maak je daar vooral geen zorgen over. Dit is waarschijnlijk bandenpijn. Doordat je baarmoeder in zo’n hoog tempo groeit, rekken de banden die de baarmoeder ondersteunen uit en dat kan voor irritaties zorgen. Als je hier voortdurend last van hebt of de pijn erger wordt, is het aan te raden om even contact op te nemen met je huisarts of verloskundige.

Praktische tips week 19 van de zwangerschap

De veranderingen aan je lichaam en dat van je kindje zijn haast niet bij te houden. Misschien slaap je slecht en heb je weinig energie. Probeer genoeg te rusten en gezond te eten, er moet namelijk nog het een en ander geregeld worden.

Lekker slapen

Het wordt waarschijnlijk steeds moeilijker om lekker te slapen. Je steeds groter wordende buik zit in de weg, je moet vaak plassen en het is goed mogelijk dat je ligt te piekeren over je zwangerschap, bevalling en wat er daarna te wachten staat. Toch is het belangrijk voor je kindje en jou om genoeg slaap te pakken. Maar in welke houding moet je nou slapen? Voor je kindje kun je het best op je linkerzij liggen. Als je normaal gesproken op je buik of rug slaapt, kun je er alvast een beetje aan proberen te wennen. Er zijn tegenwoordig kussens verkrijgbaar die je helpen om goed te liggen. Zeker als je het gewend bent om op je buik of rug slapen, kunnen deze kussens je helpen om toch comfortabel te liggen.

Ouderschapsverlof

Het recht op ouderschapsverlof is wettelijk vastgelegd. Het verschilt echter per bedrijf, branche en/of cao hoe dit precies geregeld is. Als je na de bevalling een tijdje minder wilt werken om voor je kindje te zorgen, moet je dit minimaal 2 maanden van tevoren aanvragen. Zoek dus alvast uit hoe jouw werkgever dit precies geregeld heeft en vraag tijdig je verlof aan.

IJzertekort

Inmiddels ben je waarschijnlijk niet meer zo moe en futloos als tijdens de eerste 3 maanden van je zwangerschap. De meeste vrouwen krijgen tijdens de 4e maand weer wat meer energie. Als je nog steeds erg moe bent en snel last hebt van duizeligheid, kan dat wijzen op een tekort aan ijzer. Je hoeft je daar geen echte zorgen over te maken maar geef het wel even aan bij je verloskundige of huisarts. Die kan heel simpel het ijzergehalte in je bloed opmeten. Als inderdaad blijkt dat je ijzergehalte aan de lage kant is, kun je dit vaak aanvullen door groenten als spinazie, andijvie, veldsla of bietjes te eten. Mocht dit niet genoeg zijn, kan je huisarts staalpillen voorschrijven.